Abdijmuseum Ten Duinen viert 20ste verjaardag
In het pinksterweekend van 2023 blaast Abdijmuseum Ten Duinen 20 kaarsen uit! Om die bijzondere verjaardag te vieren, neemt het museum je mee terug in de tijd. Met foto’s en verhalen over de collectie en het wetenschappelijk onderzoek dat leidde tot nieuwe inzichten. Maar ook de verschillende tentoonstellingen en andere evenementen passeren er de revue. Een mooie samenvatting en tegelijkertijd de afronding van een mooi traject sinds 2003. Want in 2024 volgt er een nieuw hoofdstuk: een uitbreiding van de museale werking op Ten Bogaerde!
Hoeveel skeletten werden er tot nu toe al opgegraven op de abdijsite? Hoezo heeft het Abdijmuseum één van de grootste collecties middeleeuws vlakglas in Europa? Welke aanwinsten voor de collectie verwierf het Abdijmuseum de afgelopen 20 jaar? Hoe waarheidsgetrouw zijn de Virtual Reality beleving en de LEGO®-maquette die je kan ontdekken in het museum? Wat is hét mooiste collectiestuk volgens een bevraging bij ons publiek? Je ontdekt de antwoorden op die vragen in het museum.
Interview met museumdirecteur Dirk Vanclooster
"We weten veel over vroeger, maar er is nog veel (meer) dat we niet weten"
In 1107 vestigde Ligerius zich in onze duinen. Zoals meer abdijen uit die tijd ontstond Ten Duinen uit een gemeenschap die groeide rond een kluizenaar. Geen kluizenaars meer in onze duinen, maar de Duinenabdij staat er wel nog. En het Abdijmuseum ook. Dit jaar is het gemeentelijke museum twintig jaar jong. We vragen Dirk Vanclooster, al twintig jaar directeur, naar het verleden én naar de toekomst.
Je staat al twee decennia aan het roer van het museum. Wat bleef je het meest bij?
Dirk Vanclooster: "Een moeilijke vraag om mee te beginnen. (lacht) Maar als ik dan toch moet kiezen, schuif ik twee expo's naar voor: Dansen met de dood en Bouwen voor de eeuwigheid. De expo Dansen met de dood (2008) omdat het een samenwerking was ˗ met alle vrijetijdsdiensten van onze gemeente. Heel geslaagd. De dood is geen gemakkelijk thema, maar we hebben het toch gedaan en haalden zelfs de internationale pers (USA Today). Bouwen voor de eeuwigheid kies ik omdat alles samenviel tijdens die tentoonstelling. We hebben beetje per beetje het museum heringericht en opgebouwd om tot die climax te komen. Vijftien jaar onderzoek samengebald in één moment. We weten veel meer dan vroeger, maar er is nog veel dat we niet weten. De maquette in LEGO werd voor die expo gebouwd, een medewerker van Dirk Denoyelle heeft er bijna een jaar aan gewerkt."
Wat is de grootste erfenis van de Duinenabdij?
Dirk: "De Duinenabdij was bijna 700 jaar actief aan onze kust. Van 1128 tot 1796. Van de eerste abdij tot het moment dat de Franse revolutie de genadeslag gaf. 700 jaar heeft de Duinenabdij dus stand gehouden en zijn stempel gedrukt op onze gemeente en ver daarbuiten. Maak van de nood een deugd is de leuze van de Duinenabdij en die heeft ze ook echt waar gemaakt. Hoe? Door een ongelooflijke veerkracht te tonen en heel wat rampen te trotseren: de pest, de kleine ijstijd, hongersnoden en de invallen van de geuzen.In onze collectie zitten alle stukken om die verhalen te vertellen. Op het hoogtepunt bezat de Duinenabdij 10.000 hectare land verspreid over vier landen: België, Nederland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. De omheining rond het domein was 3.000 meter lang."
Wat vind je het mooiste object uit jullie collectie? Of het mooiste plekje in het Abdijmuseum?
Dirk: "Moeilijk, moeilijk, moeilijk. Er is zoveel moois. Alle vondsten zijn eigenlijk uniek en kenmerkend voor de Duinenabdij. Het zijn allemaal echte stukken, getekend door de tijd en niet bijgewerkt. Maar ik maak van mijn hart een steen en zal dan toch kiezen: het waterspuwertje, het vrouwenhoofd met draak en een sluitsteen in baksteen. Die laatste vind ik zo bijzonder omdat de steen de druk opvangt van het gewelf, maar het is wel gewoon in baksteen gemaakt. Op de site zelf kies ik voor de toegangspoort naar de vleugel van de lekenbroeders."
Wat vind je zelf het sappigst verhaal uit de rijke geschiedenis?
Dirk: "Abten waren mensen en waar mensen zijn, vind je straffe verhalen. Abt de Clerq is de eerste naam die me binnenschiet, een man die letterlijk en figuurlijk zijn stempel heeft gedrukt. Zijn naam komt op heel wat tegels en borden voor. Hij heeft zichzelf zelfs laten toevoegen aan bestaande werken en ook het wapenschild van een andere abt laten overschilderen. Hij wilde echt tonen wie hij was. De meest intrigerende? Petrus Van Onderbergen. De jongste abt ooit, hij was zelfs zo jong dat de gemeenschap toestemming moest vragen om hem te verkiezen. Petrus ging mee op diplomatieke missie naar Spanje. Hij werd ziek en overleed kort na zijn terugkeer. En de sappigste voor mij is Lambertus van Uppenbroeck. Na het einde van de pest schonk hij iedereen een pint duynewijn. Om de zware tijden weg te spoelen. Zijn opvolger, Walter Stryck, vond dat zo'n goed idee dat hij er zelfs twee schonk. (lacht)"
Wat zijn de toekomstplannen voor het museum? Ten Bogaerde neemt een grote rol in?
Dirk: "Het museum breidt uit naar Ten Bogaerde, één van de uithoven van de vroegere Duinenabdij. Daar staan de duinheren en Idesbald centraal. Opmerkelijk zijn de plannen rond Loods Degeyter, want daar wordt een gebouw in een gebouw geplaatst. Speciaal uitgerust om de meest kwetsbare stukken te plaatsen. Het zal ook volledig klimaatneutraal zijn. Eind 2024 moeten die werken klaar zijn. Het museum zal dan uit drie grote onderdelen bestaan: Ten Bogaerde, het kenniscentrum (het Abdijmuseum van nu) en de site met de ruïnes."
Welke abten uit de geschiedenis van Ten Duinen spreken het meest tot jouw verbeelding?
Dirk: "Robrecht van Brugge. Hij was de eerste cisterciënzerabt. Hij werd gestuurd door Bernardus van Clairvaux en werd na de dood van Bernardus teruggeroepen om abt te worden in Clairvaux. Dat toont toch de goeie band aan tussen de twee abdijen. Petrus van Onderbergen voor zijn jonge leeftijd en de missie die hij deed naar Spanje. Dan heb je nog Adriaan Cancellier, hij tilde na de godsdienstoorlogen de Duinenabdij opnieuw naar een hoger niveau. En als laatste wil ik zeker Campmans vermelden, de grote strateeg van de Duinenabdij."
Stel, je hebt een teletijdmachine: naar welk jaar keer je terug?
Dirk: "Naar het jaar 1519, het jaar dat Petrus van Onderbergen op missie vertrok naar Barcelona als vertegenwoordiger van de Brugse Vrije. Hij stierf in datzelfde jaar en was amper vier jaar abt van de Duinenabdij."
Je bent zelf al jaren de abt van het museum, maar welke abt had het langst de leiding over de Duinenabdij?
Dirk: "Dat was Robrecht de Clerq, hij stond 38 jaar aan het roer van de abdij. En Nicolaas van Belle wil ik ook nog vermelden, hij stond net als ik twintig jaar aan het hoofd van de abdij, van 1233 tot 1253."
Zou de Duinenabdij een plek zijn geweest voor jou? Om er te leven?
Dirk: "Nee, dat was niks voor mij. Je mocht niet babbelen om te beginnen. (lacht) Dan nog liever lekenbroeder, die moesten minder geloften afleggen. Ik ben blij dat ik nu leef. We leven in een mooie tijd, ook al beseffen we dat soms te weinig. Het leven van de monniken was niet zoals je dat ziet op tv. De hygiëne was erbarmelijk. Ze hadden wel structuur met hun zeven gebedsstonden per dag, momenten waarop al de rest compleet naar de achtergrond verdween. Ik was liever een goliard geweest (rondtrekkende zanger). Wat natuurlijk niet wil zeggen dat ik niet graag eens zou spieken om te zien hoe het eraan toeging."
Heb je nog een droom voor het museum?
Dirk: "Vooral dat we Koksijde heel het jaar in de markt kunnen zetten door alle rijkdom uit onze gemeente te belichten: het verleden en het heden. Onze horeca, onze musea, het kunstencentrum, de strandvisserij en onze expertise. We zijn de enige gemeente aan de kust die de sites heeft om 2.000 jaar wonen en werken aan de kust te duiden. Van de eerste sporen van de Romeinen tot de culinaire topprestaties van onze horecamensen nu. Dat moeten we verder uitbouwen zoals de Duinenabdij ook werd uitgebouwd. Ik woon hier niet, maar als ik spreek over mijn gemeente, dan heb ik het over Koksijde."
Publiekslievelingen: de top vijf uit het Abdijmuseum
In 2012 stemden de bezoekers van het museum op hun favoriete object. Dit waren de toppers:
1. De grafsteen van Margaretha Hoys van Keiem
2. Het skelet onder de grafsteen
3. Het beeld van Onze-Lieve-Vrouw
4. Bouwfragment, stuk raam uit de pandgang, in natuursteen
5. Fragment van sacramentstoren in Florisstijl