“De Heetveldemolen verbindt mensen op meer dan één manier”

In het stiltegebied van de Markvallei waakt de Heetveldemolen al bijna 600 jaar over de groene omgeving. De watermolen in Tollembeek maalt nog steeds. Ook Tijs Boelens (33), bioboer uit Gooik is er vaste klant. “De Heetveldemolen oefent een sterke aantrekkingskracht op me uit. Ik zie heel veel potentieel in dit opmerkelijk industrieel erfgoed. Ik vermoed dat veel van die erfgoedmolens binnen een niet zo lange tijd opnieuw een belangrijke rol zullen spelen.”

Een ijskoude ochtend. Molenaars Monique Van Ongevalle en haar man Hubert stoken het vuur in de kachel op. Vandaag zullen ze samen met kleinzoon Miel en andere vrijwilligers van de vzw 800 kilo meel malen. Bioboer Tijs Boelens kijkt bewonderend toe hoe de onderslagmolen zich traag op gang draait. Het binnenwerk is zo mogelijk nog indrukwekkender. Verdeeld over drie verdiepingen wordt de tarwe tot meel gemalen.

Op de bovenste verdieping worden de granen gereinigd. Onkruid, steentjes, zand en strootjes worden er machinaal uit gehaald. “Het fijne aan kleinschalige initiatieven zoals hier in de Heetveldemolen is dat ze soms zelf aandringen op een tweede kuisbeurt. Hier ben je altijd zeker van zuiver meel”, bekent Tijs. Hij legt een vinger op zijn oor en maant ons aan te luisteren. We horen het monotone geratel van de banden die hun werk doen in het grote raderwerk van de molen. “Dit is bijna geruisloze industrie”, fluistert Tijs vol ontzag.

De laatste actieve molenaar was Richard Van Ongevalle, vader van Monique. Tot vorige winter woonde hij nog in de watermolen, maar na een val verhuisde de kranige man op leeftijd naar een seniorenhome. Hij is nog dikwijls te vinden in ‘zijn’ molen. “Als Richard aanwezig is, zie je pas echt hoe zo’n molen tot enkele decennia geleden het middelpunt van de lokale economie vormde. De notabelen van toen komen hier nog altijd graag hun koffie drinken en luisteren naar de verhalen van Richard.”

Samen met compagnon de route Sander Van Haver richtte Tijs Boelens het Pajotse biobedrijf De Groentelaar op. Ze hebben met de voormalige chef-kok Lode Dalle één vaste kracht in dienst en een, naar eigen zeggen, prachtige ploeg seizoensarbeiders. “Mijn identiteit als boer komt voort uit een enorme bewondering, al van kindsbeen af, voor de manier en vooral het respect waarop mijn grootouders en de generaties voor hen de grond bewerkten. We bevinden ons in de Vlaamse rand rond Brussel en leveren bijna uitsluitend aan de hoofdstad. Stadsbewoners hebben al langer die verschuiving naar gezonde, onbewerkte voeding gemaakt. Het staat trouwens al jaren in de beleidsnota van het Brussels Gewest om volop de kaart van de lokale voeding te trekken.”

Hoe komt een boer die zijn dagen op het land slijt in de Heetveldemolen terecht?

Wij telen graan, voornamelijk oerrassen, voor brouwerij 3 Fonteinen in Beersel. Ze staan bekend voor hun uitstekende geuze. In mijn blijvende zoektocht naar duurzaamheid en hoe we als kleine spelers in de markt toch een verschil kunnen maken, kwam ik bij de Heetveldemolen terecht. Ik voelde me er direct thuis. We helpen waar we kunnen in de vzw. Stiekem zou ik binnen twee jaar ook graag mijn molenaarsdiploma halen.

Wat is de meerwaarde van brood gebakken van meel gemalen met een molensteen?

Het brood dat we vandaag bij de bakker kopen, bevat lange glutenketens. Dat komt door de veredeling van granen in de jaren ’60 om grotere volumes aan te kunnen. Het zorgt er onder meer voor dat het brood in de oven mooi rijst. Maar die glutenketens breken heel traag af in de darmen, iets wat bij veel mensen voor ongemakken zorgt. Denk maar aan het prikkelbare darm – syndroom. Dat effect wordt nog versterkt door het gebruik van glyfosaat op de granen.

Brood gebakken met biomeel gemalen door een molensteen heeft een korte glutenketen en is veel makkelijker verteerbaar. Het vraagt wel een extra handeling door de bakker en vormt dus een grotere kost. Maar dat is niet de enige reden waarom ik dit zo’n fascinerende plek vind.

Tot enkele decennia geleden was de Heetveldemolen – en elke molen tout court – de verbindende factor in de lokale economie. Die cohesie is weg. Ik streef ernaar de economie terug te brengen naar het platteland. Dat kan enkel door de krachten te bundelen. Enkel zo kunnen we de globalisering waarbij iedereen hetzelfde gestandaardiseerde product produceert een stap voor zijn.

En die bundeling van krachten begint hier, in de Heetveldemolen?

Precies. In samenwerking met het Regionaal Landschap Pajottenland & Zennevallei hebben we het Pajotse graannetwerk opgericht. Binnen ons netwerk wordt kennis en op termijn ook materiaal gedeeld. Ook een bioboer wil immers zoveel mogelijk opbrengst per hectare. Door kennis te delen in de hele keten slagen we daar ook in. Het zijn trouwens niet enkel bioboeren die zich hebben aangesloten. Ik ben me ervan bewust dat we met De Groentelaar echt pionierswerk verrichten. Gelukkig wordt dat geapprecieerd. Brouwerij 3 Fonteinen bijvoorbeeld stapt helemaal mee in ons verhaal.

Het Pajotse graannetwerk is dus een alibi om samenwerkingsverbanden tussen boeren op te zetten?

Klopt! In Wallonië is men al klaar om aan de Brusselse vraag naar lokale voeding te voldoen. Wij, aan Vlaamse zijde, de westkant van Brussel, staan nog bijna nergens. Als we leren samenwerken en onderlinge afspraken respecteren, dan kunnen wij ook een rol spelen op die gigantische markt.

Afspraken, zoals…?

Er zijn goede afspraken nodig over wie wat gaat produceren. De ene boer concentreert zich tijdens het teeltjaar op bloemkool, de andere op broccoli, enzovoort. Het graan is de verbindende factor in heel dat netwerk, het deeg zeg maar (lacht).

Is het Pajotse graannetwerk een coöperatieve?

Nog niet. Ik zou het fantastisch vinden, moesten we daar geleidelijk aan naartoe gaan. Maar eerst moeten we elkaar nog leren kennen. Er zijn nu tien landbouwbedrijven aangesloten en er kijken nog tien andere even de kat uit de boom. De Heetveldemolen in Tollembeek werkt als katalysator om die geïnteresseerde landbouwbedrijven aan te trekken.

Lukas Vanden Abeele geeft het netwerk verder vorm. Hij zorgt ook voor de vermarkting van de meelproducten. Hij wordt deels betaald door brouwerij 3 Fonteinen en deels door de Flietermolen, een coöperatieve in biologische bloem uit Tollembeek. Ik droom ervan dat we op termijn ook onze eigen micromouterij zouden oprichten. Misschien in de beschermde ast in de boerderij aan de overzijde van de Heetveldemolen?

Toen ik hier aankwam, zag ik een weliswaar prachtige watermolen in een mooi glooiend landschap, maar ik had totaal niet verwacht dat de molen tot zo’n verhaal over lokale economie zou leiden.

Ik zie heel veel potentieel in de Heetveldemolen. Ik vermoed trouwens dat veel van die ‘erfgoedmolens’ binnen een niet zo lange tijd opnieuw een belangrijke rol in de lokale economie gaan spelen. (ironisch) Als deze winter de elektriciteit zou uitvallen, kan de molen gewoon blijven produceren.

Pleit je voor een totale terugkeer naar hoe het vroeger was?

Nee, we moeten realistisch blijven. Het is fascinerend wat een moderne landbouwmachine allemaal kan.  Aan de andere kant bewijzen oude landbouwwerktuigen nog dagelijks hun nut. Denk aan het Brabants Trekpaard dat tot voor enkele decennia onontbeerlijk was in de bos- en landbouw. Er staan in België voor duizenden aan nutteloze PK’s op de velden. Laat ons die terug inschakelen in de landbouw.

De Heetveldemolen won begin oktober de prijs Participatie, een extra onderscheiding naast de Vlaamse Onroerenderfgoedprijs. Volgens molenaar Monique speelde jij daar een belangrijke rol in als een steunpilaar van de vzw.

(lichtjes gegeneerd) Dat is iets te veel eer. Die prijs was absoluut nodig. Erfgoedprijzen gaan in de regel altijd naar de grote spelers en nooit naar de kleintjes. Terwijl het net de kleinere erfgoedinstellingen zijn die het geldbedrag dat aan zo’n prijs hangt, enorm goed kunnen gebruiken. Een nieuwe molensteen kost stukken van mensen, maar dat is iets wat onze vzw niet met een vingerknip kan ophoesten. Daar moet heel lang voor gespaard worden… of een prijs gewonnen worden.

De vergelijking valt gemakkelijk te maken: wie de kleine economie niet steunt, geeft de wind in de zeilen aan de internationaal grote bedrijven die enkel eenheidsworst creëren. Elke vezel in mijn lichaam verzet zich daartegen.

Als we de samenwerking meer voeden, door onder meer kleine initiatieven als de Heetveldemolen te steunen, zorgen we voor minder verzuring en meer samenwerking en creëren we zo een warmere samenleving.

De Heetveldemolen als ontmoetingsplaats

Molenaar Monique Van Ongevalle: “Met onze vzw zijn we volop bezig om de schuur van de molen om te bouwen tot een ruimte waar we een groep kunnen ontvangen. De schuur zal ons de mogelijkheid geven om ook mensen met een beperking te kunnen ontvangen en een dagprogramma aan te bieden aan kinderen en volwassenen. De molen wordt zo als vanouds opnieuw een ontmoetingsplaats. Helaas lopen de kosten van de verbouwingen aan de schuur hoog op en we rekenen dan ook op de steun van gulle schenkers.”

Je kan dit project een duwtje in de rug geven door een gift te storten op de projectrekening BE49 7460 1848 0871 van Heetveldemolen vzw bij Herita. Voor elke gift van minstens 40 euro op dit rekeningnummer bezorgt Herita je een fiscaal attest, waarmee je tot 45% van je gift kunt terugkrijgen via je belastingaangifte.

Lore
Lore

Een 25-jarige creatieve duizendpoot met een passie voor taal, communicatie en toerisme. Een optimistische bezige bij die geniet van het leven :)